Stichting Oktober 1944 heeft onder andere tot doel om contacten te onderhouden met nabestaanden van de slachtoffers van de Puttense razzia op 1 en 2 oktober 1944.
Geschiedenis van de razzia van Putten – Putten, een dorp op de Veluwe, een deel van de provincie Gelderland in Nederland:
Enkele uren nadat het verzet op de rijksweg Nijkerk-Putten een aanslag op een auto met Duitse militairen had gepleegd, legde op zondagochtend 1 oktober 1944 een regiment Wehrmachtsoldaten een ondoordringbaar kordon om Putten. Vanuit de wijde omgeving werden mannen, vrouwen en kinderen opgejaagd naar de dorpskern. Op maandag 2 oktober werden 660 mannen weggevoerd naar Duitse concentratiekampen als represaillemaatregel voor de onopgehelderde aanslag. Diezelfde avond gingen ruim honderd Puttense woningen in vlammen op. Na de bevrijding bleek nog geen tien procent van de mannen de ontberingen in Duitsland te hebben overleefd.
Interview
Wie ben je?
Ik ben Cees Fredriksen, geboren in 1952 te Putten, dus na de oorlog. Na jarenlang vrachtwagenchauffeur geweest te zijn, ben ik nu sinds 2018 gepensioneerd. Ik woon mijn leven lang al in Putten.
Wat is je relatie tot kamp Neuengamme?
Mijn opa, Cornelis Tijssen is samen met een zwager, Willem van de Kraats, in oktober 1944 met de razzia opgepakt.
Zij zijn samen met alle gevangenen van de razzia via station Putten naar kamp Amersfoort gebracht. Daar vandaan met de trein naar kamp Neuengamme. Later zijn mijn opa en zijn zwager in Hamburg te werk gesteld. Opa is daar overleden, zijn zwager een paar weken later. Mijn opa was de vader van mijn moeder.
Wat betekende dit voor het gezin van je opa?
Mijn oma bleef met 6 kinderen achter, waaronder een tweeling van anderhalf jaar oud. Ik heb mijn oma, mijn moeder of wie dan ook nooit over opa horen praten.
Net als veel kleine boertjes in de omgeving hadden ze een aantal koeien, kippen e.d. met een groentetuintje om in hun levensbehoefte te voorzien.
Ik heb geen idee wat het voor mijn moeder heeft betekend. Zij sprak nooit over die periode.
Wat betekent dit voor jou?
Toen ik ouder werd en ging nadenken over de razzia en de oorlog, begonnen ook de vragen te komen. Ik heb deze vragen aan een oom van mijn moeder, aan mijn moeder en aan een tante gesteld, maar de vragen werden niet beantwoord.
Wat betekent dit voor jou, dat die vragen niet beantwoord werden?
Ik zal het moeten aanvaarden om hier geen antwoorden op te krijgen. Vroeger was ik er minder mee bezig om antwoorden te krijgen op mijn vragen. Nu ben ik helaas te laat.
Welke vragen stel je jezelf?
De grootste vragen zijn: Lijk ik op hem? Hoe was hij? Zijn er veel overeenkomsten? Hield hij van de natuur, dieren e.d? Die generatie is er helaas niet meer, dus mijn vragen zullen helaas niet meer beantwoord worden.
Interviewer: Evert Lubbersen, Stichting Oktober 44, juli 2019